Karel de Grote is in oorlog met de Saracenen, maar na jarenlange strijd zal de vrede worden getekend. Karel keert daarop aan het hoofd van zijn leger uit Spanje terug naar Frankrijk, waarbij de ridder Roelant en zijn manschappen de achterhoede vormen. Dan komt het verraad. Roelant wordt in een hinderlaag gelokt in het dal van Roncevaux. Een van zijn ridders adviseert hem op zijn hoorn Oliphant te blazen, opdat Karel zal terugkeren om hem bij te staan. Roelant weigert dit uit “heldhaftige dwaasheid”. Ten slotte blijft in de ongelijke strijd alleen Roelant over met twee van zijn medestanders. Pas dan blaast Roelant op zijn hoorn, en Karel keert terug om hem bij te staan. Het is te laat: hij treft de ontzielde lichamen van de krijgers aan, dat van Roelant ter aarde liggend, de hoorn onder het lichaam, het gezicht naar Spanje gewend.
Deze Arthurroman is niet echt spannend en ook niet zo mooi geschreven. Het is in cultureel opzicht (als navolging van het Franse Chanson de Roland) een must, maar geen aanrader.